Witloof is een typisch Belgisch product, een bladgroente die gekweekt wordt als een wortelgewas en één van de meest voldoening gevende teelten in de moestuin. De teelt van witloof bestaat uit 2 fasen nl. eerst de teelt van de wortel en daarna de teelt van de bladerkrop. Omdat witloof uit eigen moestuin extra lekker smaakt, leggen we je in 5 stappen uit hoe je deze heerlijke delicatesse zelf kan kweken.

De keuze van teeltwijze begint bij de keuze van de variëteit, je kan hier namelijk kiezen voor teelt met of zonder dekgrond. De teelt van variëteiten zonder dekgrond worden meestal gebruikt voor de teelt in huis in een bak, emmer of kweekpot. De wortels zitten reeds in de aarde en je hoeft dan ook geen extra grond bovenop het loof te doen. Bij witloofsoorten met dekgrond leg je er nog eens een laag grond van zo’n 15 à 20 cm bovenop.

STAP 1: GRONDVOORBEREIDING EN ZAAIEN

Dit is zeker niet het moeilijkste onderdeel van de teelt van witloof. Heb je niet voldoende plaats in je tuin kan je deze stap overslaan en op de markt, in je plaatselijk tuincentrum witloofwortelen kopen. Witloofzaadjes zijn veeleisend en groeien het beste op een humus en stikstof arme grond. Teveel stikstof in je grond is nadelig voor de vorming van een mooie, gezonde en stevige bladerkrop. Het inwerken van compost of gebruik van universele mestkorrels is bij de teelt van witloof niet aangeraden. Als wijze van bemesting kan je ook nog 100 gr vinassekali en 20 gr magnasiumsulfaat vewerken in de grond. Om de groei van mooie rechte penwortels te bevorderen zorg je ervoor dat de grond fijn bewerkt is.

Bijna alle witloof rassen zaai je ter plaatse van begin mei tot begin juni. Zaai 5 mm diep in rijen met een tussen afstand van 30 cm en een plantafstand van 12 à 15 cm. Je kan uiteraard ook kiezen om je witloofwortelen te zaaien op ruggen van 30 cm breed en 25 cm hoog. Let bij het maken van de ruggen op dat je zuivere, gezeefde aarde gebruikt. Om de witloofwortelen optimaal te laten groeien houd je het moestuinbed onkruidvrij.

STAP 2: OOGSTEN EN LATEN RUSTEN

110 tot 130 dagen na het zaaien bekom je planten met veel loof. In de periode van september tot december oogst je de witloofwortelen met een woel- of spitvork. De witloofwortel zal al zijn energie nodig hebben in het aanmaken van de witloofkrop, let er bij het oogsten voor op dat je de wortels dus niet beschadigd. Oogst uiteraard ook niet meer wortels dan je kan verwerken in de volgende fase van de kropteelt. Door gespreid de witloofwortelen te oogsten spreiden we ook de oogst van de witloofkropjes.

Maak de wortels schoon door het zand er af te kloppen en laat ze nog 14 dagen op je moestuinbodem rusten. De rustperiode van 14 dagen is van belang om in een latere fase stevige, vaste kroppen te bekomen. Leg de wortels naar binnen in waaiervorm op elkaar zodat de bladeren steeds de wortels bedekken en de witloofwortelen niet kunnen verbranden door de zon.

STAP 3: LOOF VERWIJDEREN & INKORTEN VAN DE WORTEL

Na de rustperiode van 14 dagen word het loof van de witloofwortelen ingekort tot een lengte van 20 cm. Het loof van de wortel snijden we met een scherp en proper mes 2 à 3 cm boven de wortel af. Het afgesneden loof kan je perfect composteren, ze zijn zelfs rijk aan stikstof.

STAP 4: WITLOOFKROP KWEKEN

Het kweken van de witloofkrop kan tijdens de hele winter gebeuren. Het spreiden van witloof kweken is zeker nodig wil je niet dat je al je witloof in één keer moet oogsten. Je kan witloof kweken in potten in huis of in inkuilen met dekgrond. In beide gevallen kan je al na 3 weken heerlijk sappig witloof eten.

Inkuilen met dekaarde

  1. Maak een kuil van 25 cm diep, een verhoogd bed kan ook maar dan moet je wel beschikken over voldoende gezonde aarde.
  2. Maak een schuine kan van ongeveer 45 graden en leg er de eerste laag wortelen tegen aan.
  3. Leg een laag gezeefde aarde op en tegen de wortelen tot deze bedekt zijn.
  4. Leg de tweede laag wortelen en bedek terug met aarde.
  5. Herhaal de vorige stap tot alle witloofwortelen verwerkt zijn.
  6. Zorg dat de witloofwortels bovenaan vlak en gelijkmatig ingetafeld zijn.
  7. Geef 1 keer voldoende water, daarna niet meer (witloof is gevoelig aan schimmels).
  8. Dek het geheel af met een laag stro en een zwarte luchtdoorlatende doek.
  9. Na 3 weken kan je de laatst ingekuilde witloofwortelen oogsten.

Witloof kweken in emmers, bakken of kweekpotten

  1. Zet de witloofwortels vertikaal in een donkere bak.
  2. Bestrooi met gezeefde zaai- en stekgrond en laat deze regelmatig zakken.
  3. Nadat je de aarde hebt laten zakken je het geheel ook besproeien met water.
  4. Je kan ook werken volgens het laagjes principe van het inkuilen, zet je bak op zijn kant, leg een beetje aarde met daarop de eerste laag wortelen. Nadien bedek je de wortel met zand en werk je de bak verder in lagen af.
  5. Dek de pot, bak of emmer af met een deken of een andere donkere pot.
  6. Plaats de witloofwortelen op een koele plaats (10 à 15 °C).
  7. Controleer regelmatig de witloofkropjes, zorg wel dat er nadien geen licht aan het witloof kan komen of je bekomt een bittere smaak.
  8. Na 3 weken kan je het eerst witloog oogsten.

STAP 5: CONTROLEER REGELMATIG & OOGST JE WITLOOF

Controleer regelmatig het witloof, indien nodig kan nog wat extra water geven. Wist je trouwens dat witloof voor 98% uit water bestaat? Oogst je witloof door het loof van de wortel te knakken. Je kan kan dit dan later mooi bijsnijden. Een witloofwortel heeft al zijn opgeslagen energie opgebruikt in het aanmaken van het witloof. Dit maakt dat je de wortel ook maar 1 keer kan gebruiken.

TOT SLOT

Witloof kan ten prooi vallen aan de mineervieg of slijmrot. Slijmrot kan je herkennen aan de dode en bruine vlekken op de aangetaste wortels. Slijmrot kan komen door het gebruik van onzuiver dekgrond. Ook het teveel aan stikstof of humus in je grond kan slijmrot veroorzaken. De mineervlieg komt zelden voor bij witloof.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *